Opzettelijk zondigen

Een week geleden heb ik in onze samenkomst gesproken over het thema “Het erfgoed van de Gelovige“. Een groot deel van deze spreekbeurt ging, feitelijk, over levensheiliging.

Bij het ‘opruimen’ van allerlei ‘halve projecten’ en nooit afgemaakte (bijbel)studies c.q. aanzetjes en schetsen kwam ik nog een document tegen waarin ik een aantal schriftgedeelten op een rij heb gezet rondom een bepaald thema. Eén van de teksten die ik er bij had gezet was:

Heb 10:26-27
Want indien wij opzettelijk zondigen, nadat wij tot erkentenis der waarheid gekomen zijn, blijft er geen offer voor de zonden meer over, maar een vreselijk uitzicht op het oordeel en de felheid van een vuur, dat de wederspannigen zal verteren.

In de SV ’77 staan er enkele verwijzingen bij genoemd, waaronder deze:

1 Joh. 5:16 – Als iemand zijn broeder ziet zondigen, een zonde niet tot de dood, moet hij bidden en God zal hem het leven geven, hun namelijk, die zondigen niet tot de dood. Er bestaat zonde tot de dood: daarvoor zeg ik niet, dat hij moet vragen.

Het is duidelijk dat er maar één zonde ‘tot de dood’ is namelijk de zonde tegen de Heilige Geest. In de Hebreeën brief echter lees ik dat er dus sprake is van zonde nádat men tot geloof is gekomen, bewúste zonde, en deze zal leiden tot “een vreselijk uitzicht op het oordeel”.

Hebr 6:4-6 is hierover ook duidelijk. “4 Want het is onmogelijk, degenen, die eens verlicht zijn geweest, van de hemelse gave genoten hebben en deel gekregen hebben aan de heilige Geest, 5 en het goede woord Gods en de krachten der toekomende eeuw gesmaakt hebben, 6 en daarna afgevallen zijn, weder opnieuw tot bekering te brengen, daar zij wat hen betreft de Zoon van God opnieuw kruisigen en tot een bespotting maken.”

En, ook een bekend gedeelte, Petrus schrijft hierover in 2 Petr. 2:20-22:
“20 Want indien zij, aan de bezoedelingen der wereld ontvloden door de erkentenis van de Here en Heiland Jezus Christus, toch weer erin verstrikt raken en erdoor overmeesterd worden, dan is hun laatste toestand erger dan de eerste. 21 Het zou immers beter voor hen geweest zijn, geen kennis verkregen te hebben van de weg der gerechtigheid, dan met die kennis zich af te keren van het heilige gebod dat hun overgeleverd is. 22 Hun is overkomen, wat een waar spreekwoord zegt: Een hond, die teruggekeerd is naar zijn uitbraaksel, of: een gewassen zeug naar de modderpoel.”

Hebr. 10
Wanneer we de context in Hebr. 10 er op nalezen blijkt dat Paulus *) eveneens doelt op deze situatie en niet op een “willekeurige” zonde want daarvoor is vergeving mogelijk (1 Joh 1:9). Een ieder die tot wedergeboorte is gekomen maar daarna, 10:26-27, willens en wetens tot zonde komt, zijnde deze zonde: de verwerping van Christus en het smaden van Christus -zie Hebr. 10:29- wacht een verschrikkelijk oordeel.

In 1 Tim 2:4 lezen we dat God wil “dat alle mensen behouden worden en tot erkentenis der waarheid komen“. Soms wordt dit uitgelegd als zou dit daarmee een feit zijn, dat wil zeggen: dát alle mensen daarom ook behouden worden **). We leren hier echter dat dit niet het geval is. Want er zijn mensen die, helaas, willens en wetens het Evangelie (hebben) verworpen nádat zij eens tot geloof waren gekomen. Er zijn mensen die “de zonde tot de dood” hebben begaan. Gods Woord leert hier dat zij, tezamen met de ongelovigen, voor altijd van Hem gescheiden zullen zijn, verloren zullen gaan.

Daarnaast is er ook nog een categorie die, volgens Paulus, “zich te allen tijde laten leren, zonder ooit tot erkentenis der waarheid te kunnen komen” (2 Tim 3:7). Zij wéten de weg naar de verlossing, zij zijn wellicht zelfs zondag aan zondag in onze samenkomsten aanwezig.. maar ze komen nóóit tot geloof. Zij komen niet tot “erkentenis”. Een hele verdrietige toestand waarin deze mensen zich bevinden. Helaas kom je ze ook tegenwoordig tegen. Misschien moet ik zeggen: “je komt ze steeds vaker tegen”. En wij denken, als gelovigen, vaak zelfs dat zij mede-gelovigen, broeders en zusters, zijn.

Wedergeboorte
Op dit forum is door sommigen, soms erg nadrukkelijk, de noodzaak van de ‘wedergeboorte’ bestreden of geloochend. De “erkentenis der waarheid”, waarover Gods Woord zo nadrukkelijk spreekt, is echter een noodzákelijkheid voor de redding van de ziel. Paulus zegt in Titus 1:1 dat deze “erkentenis” iets is wat “naar de godsvrucht is” die “een belofte inhoudt van leven, in heden en toekomst“.

De wedergeboorte leidt tot heiliging. Tot de ‘positionele heiliging‘ (zie eerdere link). Door de wedergeboorte worden wij “apart gezet” en deel van Gods Volk, het Lichaam van Christus. Worden wij een kind van God. Aangenomen ‘tot zonen’. Dit in tegenstelling tot hen die hieraan weigeren gehoor te geven, zo onderwijst de apostel in 1 Tim. 6: “3 Indien iemand een andere leer verkondigt en zich niet voegt naar de gezonde woorden van onze Here Jezus Christus en de leer der godsvrucht, 4 dan is hij opgeblazen, hoewel hij niets weet, en heeft hij een zwak voor geschillen en haarkloverijen, een bron van nijd, twist, lasteringen, kwade vermoedens, 5 en geharrewar bij mensen die niet helder meer zijn van denken en het spoor der waarheid bijster geraakt zijn, daar zij de godsvrucht als iets winstgevends beschouwen.”

Laten we ernst maken met onze wedergeboorte, de er uit voortvloeiende heiliging en ook met de heiliging van onze gemeente(n). Laten we ook ernst maken met de leer die wij verkondigen. Is het een leer die de Bijbelse toets kan doorstaan, een leer en verkondiging die oproept tot werkelijke verbreking met de zonde, tot wedergeboorte?

____
*) aannemend dat Paulus de schrijver is van deze brief.
**) het is niet mijn doel hierover (weer) een discussie te starten, ik geef alleen weer wat sommigen menen hieromtrent.

Print Friendly, PDF & Email