Ezra, Nehemia, Ester

Ezra, Nehemia en Ester gaan alle drie over de geschiedenis ná de Babylonische ballingschap.

EZRA
Met name Ezra (2e deel) en Nehemia zijn aan elkaar gerelateerd. Zij waren tijdgenoten.

De geschiedenis van Ezra, de priester en schrijver, is vastgelegd in het gelijknamige boek. Het boek vertelt over de terugkeer van het volk onder Zerubbabel (een nakomeling van David), de herbouw van de Tempel en de komst -naar Jeruzalem- van Ezra zelf.

Het boek bestaat uit twee onderscheiden delen:

  1. De terugkeer onder Zerubbabel (1-6);
  2. De terugkeer onder Ezra (7-10).

Het boek Daniël heeft -op de achtergrond- een sterke relatie met het boek Ezra. Zo schreef iemand eens “achter het boek Ezra zien we de schaduw van een biddende man”, dat is, uiteraard: Daniël. Hij pleitte voor zijn volk bij de Here en “stond op de beloften”. Naast Daniël was overigens ook Ezechiël één van de naar Babel weggevoerden.

Onder Zerubbabel werd de tempelbouw gestart maar men was niet in staat de herbouw af te maken door de tegenstand van de mensen die waren gaan wonen in het gebied. Onder de regering van Koning Darius werd, aangemoedigd door Haggaï en Zacharia, door het volk weer gestart met de verdere herbouw van de tempel. Ongeveer 20 jaar nadat Zerubbabel de funderingen had gelegd werd de tempelbouw afgerond.

Tussen de éérste (Zerubbabel) en de twééde (Ezra) terugkeer ligt een periode van bijna zestig jaar. Het boek Ester schrijft ondermeer over wat er in die tussenliggende periode gebeurd is. De tegenstand tegen de joden, in Jeruzalem, heeft daarom wellicht een relatie met Haman de Syriër’s poging om de joden uit te roeien.

In het tweede deel van Ezra lezen we over Ezra’s eigen terugkeer naar Jeruzalem. Hij was een afstammeling van Aaron, een priester uit het hogepriesterlijke geslacht. Hij was ook een ‘schrijver’; een aanduiding voor die priesters die verantwoordelijk waren voor het kopieëren van de Heilige Schrift. Ezra’s bediening was voornamelijk gééstelijk. Hij onderwees het volk in de Wet en de aanbiddingsdienst.

NEHEMIA
Nehemia heeft dezelfde historische achtergrond als Ezra (2e deel). Nehemia’s boek begint ongeveer 12 à 13 jaar na Ezra.

Na de Babylonische ballingschap kwamen, in het Perzische Rijk, veel joden op belangrijke maatschappelijke posities terecht. Mordechai, de oom van Ester, was zo’n man, alsmede Nehemia. Hij was de “schenker” van de Koning. Nu denken wij vaak dat dat iemand is die het wijnglas van de Koning vult, maar deze functie was veel belangrijker. Hij was een vertrouwenspersoon van de Koning en verantwoordelijk voor diens’ leven; hij moest er voor zorgen dat de Koning niet het slachtoffer werd van vergiftiging en moest dus zijn leven bewaken. Hij kreeg van deKoning van de Perzen toestemming om naar Jeruzalem te gaan en de stadsmuren te herstellen.

Het boek Nehemia is onder te verdelen in drie delen:

  1. Komst van Nehemia naar Jeruzalem en het herstel van de muur (1-7);
  2. Geestelijke opwekking (8-10);
  3. Herstel van Jeruzalem, herbevolking (11-13).

Eén van de opvallendste “sterke punten” van Nehemia was dat hij in staat was het volk te motiveren de stad in alle opzichten te herstellen. Hij moedigde ze aan, maar dat niet alleen: hij was zelf ook een mede-arbeider, een “meewerkend voorman”. Hij was daarin een voorbeeld voor anderen, omdat hij deze arbeid 12 jaar lang verrichte zonder betaling te accepteren hiervoor (middels heffing van de belasting die hij mócht heffen maar naliet):

Nehemia 5:14
Ook hebben van de dag af, dat koning Artachsasta mij aanstelde tot landvoogd over het land Juda, van zijn twintigste tot zijn tweeëndertigste regeringsjaar, twaalf jaar lang, noch ik, noch mijn broeders het brood van een landvoogd gegeten.

In hoofdstuk 8-9 komen we Ezra tegen.

Nehemia 8:2-4
..En men verzocht de schriftgeleerde Ezra het boek der wet van Mozes, die de HERE aan Israël gegeven had, te halen. Toen bracht de priester Ezra de wet vóór de gemeente, zowel mannen als vrouwen en ieder die het kon begrijpen, op de eerste dag van de zevende maand. En hij las daaruit voor op het plein vóór de Waterpoort..

In die tijd waren de synagogen, in primitieve vorm, reeds in opkomst: leerhuizen waar men samenkwam om de Wet te lezen en God te dienen. Het verklaren en uitleggen van de Wet was één van de functies van de synagogen waarin werd voorzien door de schriftgeleerden – een titel die waarschijnlijk van Ezra’s aanduiding is afgeleid, aangezien hij voor het eerst een ‘schriftgeleerde’ werd genoemd. Onderwijs in de Wet, de Profeten en de Geschriften nam een steeds belangrijker plaats in onder het Joodse volk.

Het onderwijs van Ezra zorgde voor een geestelijke opwekking. Het volk leerde (weer) God te dienen. Door het onderwijs kreeg het geloof van de mensen ‘vaste grond’ in de Schriften en het onderwijs leidde tot schuldbelijdenis. Het besef, en belijden, van zonde en schuld ligt altijd aan ten grondslag aan bekering en opwekking.

ESTER
Het boek Ester is -samen met Ruth- één van de weinige boeken waarin een vrouw een centrale rol speelt; zelfs zodanig dat het boek naar haar vernoemd is. De schrijver van het boek is onbekend. De beschreven gebeurtenissen vonden plaats -zoals eerder gezegd- tussen het éérste en twééde deel van Ezra.

We lezen hier ondermeer over het huwelijk van Ester met Ahosveros, de Koning. Zijn werkelijke naam was Xerxes. Ahosveros is dan ook geen náám maar een titel.

Het verhaal handelt over de Joden, en hun omstandigheden, in de diaspora. Ester’s houding is er een van groot geloof en Godsvertrouwen. Desondanks wordt God’s naam nergens in het boek genoemd. Echter, zoals Matthew Henry zei: “Als God’s naam niet aanwezig is, is zijn vinger dat wel!”.

Print Friendly, PDF & Email